Het provinciebestuur heeft een ‘Windplan’ opgesteld dat bepaalt waar er de volgende jaren zo’n 200 extra windturbines mogen gebouwd worden. Het gaat om zones die grondig zijn gecontroleerd op mogelijke overlast voor buurtbewoners, natuur en luchtverkeer. ‘De vijf onderzoeksgebieden die al eerder werden bepaald, zijn nu uitgebreid tot een studie over de hele provincie’, weet Inge Moors, gedeputeerde van Ruimtelijke Ordening. Uit het plan blijkt dat industrieterreinen in Genk en Lommel het meest geschikt zijn. Daarnaast zijn er ook nieuwe locaties in Tongeren (na het wegvallen van de radar in Glons), Gingelom, Maaseik en Maasmechelen. Ook in Houthalen-Helchteren, Opglabbeek en Dilsen-Stokkem is er nog plaats. Opvallend is dat het provinciebestuur wil opleggen dat nieuwe vergunningen gekoppeld zijn aan burgerparticipatie. ‘Bedoeling is dat mensen uit de omgeving compenserende voordelen kunnen krijgen door te investeren in het windproject, of een deel van de opbrengsten zien terugvloeien naar maatschappelijke projecten in hun buurt’, voegt Ludwig Vandenhoven, gedeputeerde van Leefmilieu toe. Er worden nog weinig windturbines gebouwd, omdat de investering nauwelijks rendeert.
Volgens milieuschepen Patrick Jans is er in Tongeren ruimte voor 20 windturbines: “We moeten wel wachten tot Defensie de radar van Glons opheft, want daarrond mag er in een straal van 25 km geen windturbine komen”. Er zijn vijf locaties mogelijk: o.a.: langs de autosnelweg, Overhaem, Tongeren-Oost de open ruimte tussen Vreren en Sluizen.
